In Hirokazu Kore-eda’s sympathieke film Broker spelen familieproblemen weer een grote rol, net als in veel van zijn eerdere werk. In deze nieuwe film gaan twee vondelingendieven met de moeder op zoek naar geschikte kopers voor de baby. Dat is het verhaal in het kort. Maar Kore-eda kantelt alle gemakkelijke en vlugge oordelen in deze fijnzinnige film. De illegale babyverkopers blijken naast onhandig en opportunistisch toch ook best sympathiek. Waarbij het helpt dat een van de twee vertolkt wordt door Song Kang-ho, de Zuid-Koreaanse steracteur die uitblinkt in het vriendelijk sullige en quasi-gedienstige menstype.

Kore-eda heeft maar een paar minuten nodig om een spinsel van intriges en ethische vragen uit te zetten in Broker, terwijl hij de hoofdpersonages van zijn misdaad-melodrama introduceert. De jonge vrouw die ’s avonds laat haar kind achterlaat in een ‘babybox’ bij een kerk. De twee vrijwilligers van de betrokken kerkelijke organisatie aan de andere kant van het luik, die zo nu en dan een baby heimelijk verhandelen aan duur betalende adoptieouders. Plus, we zoomen even uit, de twee verdekt opgestelde cynische vrouwelijke agenten die het tafereel gadeslaan vanuit de auto. En vastbesloten zijn om de illegale handelaars straks in te rekenen bij de verkoop.

Broker verrast met kleine buigingen in de toon, van het melancholische naar het komische. Over lotsverbondenheid buiten de geijkte gezinsstructuur gaat het, of beter nog: over wát nu eigenlijk een gezin maakt.

Filmliga Best: Niets is wat het lijkt in deze film. De film verrast steeds opnieuw en is een ode aan het menselijk fatsoen.